“ We hoeven ons groen niet op te offeren, er is ruimte genoeg binnen de bestaande bebouwing voor nieuwe woningen. ”

Architect en directeur van KAW Reimar von Meding wist ons, dankzij KAW’s onderzoek ‘Ruimte zat in de stad’, op diverse vlakken te verrassen met nieuwe inzichten.

Deze grafiek toont de woningvoorraad in 2050: 15% is dan gebouwd voor 1945, 60% tussen 1945 en 1994, 5% tussen 1995 en 2019, en 20% tussen 2020 en 2050

Allereerst keken we naar de woningvoorraad in Nederland. Daarvan bestaat in 2050 80% uit nu al bestaande woningen en is slechts 20% nieuw. Alleen focussen op 20% nieuwbouw lost de woningnood niet op en duurt lang: het kost gemiddeld 15 jaar om nieuwe wijken in bijvoorbeeld lege weilanden te realiseren.

Daarnaast is er een enorme mismatch tussen het type woningen en het type huishouden: 80% van de bestaande huizen is een eengezinswoning, terwijl maar 29% van de huizenzoekers uit zo’n gezin bestaat. Het zijn vooral starters en tweepersoonshuishoudens die een woning zoeken. Ook hier in Castricum.

In 1970 bestond een huishouden nog uit 3 tot 4 personen (gemiddeld 3,5 om precies te zijn). In 2020 was dat nog maar 2,2 personen. Een afname van 40%.

Minder mensen in een wijk zorgt ook voor problemen met het in stand houden van de voorzieningen: winkels gaan dicht, buslijnen moeten opgeheven worden, er komen minder pinautomaten en het wordt bijvoorbeeld moeilijker om buurthuizen of bibliotheken open te houden.

Bovendien zitten veel van de andere typen huishoudens onder het gemiddelde inkomen in Nederland waardoor de beschikbare woningen voor hen niet betaalbaar zijn.

Deze grafiek toont de samenstelling van Nederlandse huishoudens: 26% tweeoudergezinnen,  7% eenoudergezinnen, 39% eenpersoonshuishoudens en 28% paren zonder kinderen.

Als je die cijfers ziet, bekruipt je gelijk het gevoel: doen we het nu wel goed? Von Meding liet deze avond ook zien dat er in bestaande wijken met sociale huurwoningen enorm veel kansen liggen om snel woningen te realiseren. Sneller dan in een leeg weiland zou kunnen. Vandaar hun stelling: er is ruimte zat in de stad! Er zijn verschillende ingrepen mogelijk, verdeeld over vier categorieën

  1. Bestaande woningen: splitsen, uitbouwen en optoppen
  2. Chirurgisch ingrijpen: kleinschalige ingrepen, gebruik van restruimte zoals garageboxen
  3. Herstructurering: uitgebreid slopen en nieuw bouwen
  4. Randen: wijkranden gebruiken

Naast deze aanpak van wijken met sociale huurwoningen liet hij ons ook anders kijken naar de omgeving. Veel verpleeghuizen moeten de komende jaren opgeknapt worden. Dat kun je zo doen dat er ook woningen bij komen. Of kijk naar verouderde winkelcentra. GroenLinks heeft hier aandacht voor gevraagd bij de vernieuwing van Geesterduin: dat was een uitgelezen kans om hier ook appartementen te realiseren, maar de gemeenteraad heeft dat tegengehouden. Ze dachten bij voorbaat dat de gemeente hier machteloos stond omdat het pand geen eigendom van de gemeente is, maar Reimar liet zien dat dat volstrekt het geval niet is. Of neem benzinestations binnen gemeentegrenzen: het merendeel daarvan zal binnen nu en tien jaar verdwijnen vanwege het verbod op de verkoop van benzineauto’s. Dat biedt volop plek voor nieuwe woningen. Het werd kortom, een avond vol inzichten en nieuwe ideeën.

Na zijn gloedvolle betoog gingen we met de fractie en de deelnemers in gesprek over de kansen in onze gemeente. Die kwamen er volop! Kansen genoeg binnen de huidige bebouwde omgeving in Castricum.

De sessie is niet opgenomen. Maar een eerdere presentatie van Reimar over het onderzoek van KAW is te zien via YouTube: https://youtu.be/vhsWrAhrGpw