In gelul kun je niet wonen. Het is een veel aangehaald citaat van wijlen Jan Schaefer, die zich druk maakte over alle regelingen, nota’s en discussiestukken die er in de zeventiger jaren rond volkshuisvesting verschenen. Het is overigens nog steeds niet bekend of hij het nu ook echt precies zo gezegd heeft. Maar we moesten bouwen, vond Schaefer, en niet zoveel nota’s schrijven.
Met dat uitgangspunt in mijn achterhoofd ben ik nóg eens door de nieuwe woondeal 2.0 gegaan. Ik heb gezocht naar instrumenten die ons, de gemeente Castricum kunnen helpen om meer te bouwen. En dan vooral meer te bouwen in de sociale sector. Want dat is - terecht - het doel waar we het hier over hebben.
Dus zocht ik in de woondeal 2.0 naar subsidiepotjes, regelingen om te helpen, ambtenaren die werk overnemen, vereenvoudigingen, geitenpaadjes zo u wilt. Bedenk het maar, iets waardoor we in Castricum vooruit kunnen. Al zou er door die instrumenten ook maar 1 extra sociale huurwoning gebouwd worden, dan ben ik al om. Maar helaas voorzitter, ik heb het niet gevonden. Honderd (100!) pagina’s tekst en ik lees vooral zinnen als:
Hiertoe leggen het Rijk, de provincies en de gemeenten hun wederzijdse verantwoordelijkheden en inspanningen vast en erkennen zij wederzijds de in deze Woondeal opgenomen kwantitatieve en kwalitatieve opgaven en de randvoorwaarden die moeten worden ingevuld om deze afspraken tot realisatie te kunnen brengen.
Dames en heren. Hier staat NIETS.
Vorig jaar zat ik namens GroenLinks bij de coalitie-onderhandelingen. Een belangrijk punt voor ons was het ophogen van de doelstellingen om in de sociale sector te bouwen. Rekent u er maar op dat dat tot discussie heeft geleid. Maar we hebben het voor elkaar gekregen dat we naar 40% sociale woningbouw gaan: 30% huur en 10% koop. We hebben ook afgesproken dat we dat niet per deelproject toepassen, maar over de hele linie. Dat gaat leiden tot meer sociale woningbouw dan voorheen. Daarin ondersteunen we de wethouder en daarin houden we hem scherp.
De woondeal gaat ons helaas niet helpen bij het halen van deze doelstelling. Er wordt gezegd dat we moeten ondertekenen vanwege ons imago. Je moet meedoen, anders lig je buiten de groep. Ik voel daar niets voor. Liever niet tekenen en je ambitieuze doelen nastreven dan meedoen met een groep, waar je vooral heel veel met elkaar aan het praten bent. Dat laatste gaat in onze ogen niets opleveren. Wat ons betreft wordt de woondeal dan ook niet ondertekend. Want voorzitter, in gelul kun je nog steeds niet wonen.