Verschillende boeren in onze gemeente hebben hun bedrijf vlak bij het Noordhollands Duingebied, dat een Natura-2000 status heeft. Ook zij kunnen dus getroffen worden door de stikstofmaatregelen. Fractievoorzitter Gerard Brinkman stelde eind juni schriftelijke vragen aan het college: hij wilde weten of boeren nieuwe verdienmodellen kunnen ontwikkelen. Kunnen ze bijvoorbeeld tiny houses op hun erf plaatsen en die verhuren, of zonnepanelen of windmolens plaatsen?

"We kregen antwoord op onze vragen en gaan kijken wat wenselijk en haalbaar is," aldus Gerard. 

Overigens werd onlangs ook bekend dat een flink aantal boeren uit de gemeente in de afgelopen jaren subsidies hebben gekregen vanuit Europa. De waarde ervan is volgens Follow the Money meer dan € 4 miljoen. Bron:https://www.ftm.nl/landbouwsubsidies-dataset

De vragen die GroenLinks stelde:

Boerencampings

Welke wettelijke beperkingen zijn er m.b.t. het aantal staanplaatsen op boerencampings? Is de gemeente bij machte om het maximum toegestane aantal staanplaatsen op te hogen en zo ja tot welke grens?
In het bestemmingsplan Buitengebied van de gemeente Castricum is bepaald dat het aantal kampeermiddelen maximaal 30 bedraagt. De gemeenteraad, het bevoegde orgaan voor het vaststellen van een bestemmingsplan, kan dit aantal wijzigen. Er moet echter wel sprake blijven van een nevenactiviteit van het agrarisch bedrijf.

Mogen boerencampings jaarrond open zijn in de gemeente Castricum?
Nee, in het bestemmingsplan is bepaald dat alleen tussen 1 maart en 31 oktober kampeermiddelen zijn toegestaan.

Veel campings moderniseren door het aanbieden van luxere tenten of huisjes. Is dit voor boerencampings in de gemeente Castricum ook toegestaan?
Ook dit is geregeld in het bestemmingsplan Buitengebied Castricum. Luxere tenten zijn toegestaan. Deze worden gezien als ‘kampeermiddel’ waarvan er maximaal 30 zijn toegestaan. 

Voor huisjes gelden striktere regels: er zijn per boerencamping maximaal drie recreatiewoningen toegestaan (maximaal 35m²) of één groepsaccommodatie (105m²). Deze gaan dan wel ten koste van twee kampeermiddelen per recreatiewoning, of zes voor een groepsaccommodatie.

Verkoop aan huis

Zijn er juridische of ruimtelijke beperkingen aan de verkoop van landbouwproducten aan huis?
In het bestemmingsplan Buitengebied is bepaald dat detailhandel ten behoeve van ter plaatse geproduceerde of streekeigen geproduceerde agrarische producten is toegestaan met dien verstande dat de bebouwde oppervlakte ten behoeve van de detailhandel maximaal 100 m² mag bedragen. Ook hier betreft het een nevenactiviteit van een agrarisch bedrijf. 

Woningen op het erf

Mede dankzij de provinciale regelgeving is het slechts zeer beperkt mogelijk om extra woningen te bouwen op boerenerven.

Welke wettelijke beperkingen, landelijk, provinciaal dan wel plaatselijk, zijn er om woningen te realiseren op boerenerven?
Het bouwen van extra woningen in het buitengebied is in strijd met het bestemmingsplan. De gemeenteraad zal daarvoor dus het bestemmingsplan moeten aanpassen. Een bestemmingsplan moet echter altijd voldoen aan de provincie omgevingsverordening. Hierin is bepaald dat nagenoeg het gehele buitengebied van de gemeente Castricum bestaat uit ‘Bijzonder Provinciaal Landschap (BPL)’. In het BPL is woningbouw, tot een maximum van 11 woningen, uitsluitend toegestaan direct grenzend aan een woonkern of gelegen in een dorpslint. Waarbij het gaat om een locatie in een dorpslint dienen de woningen direct aan de weg worden gesitueerd. Daarnaast mogen de kernkwaliteiten van het BPL niet worden aangetast.

Is het mogelijk onderscheid te maken tussen 'reguliere' woningen en bijvoorbeeld tiny houses?
De provincie maakt in haar omgevingsverordening daarin geen onderscheid. Een tiny house is gewoon een woning. In BPL zijn dus, mits gelegen aan een kern of in een dorpslint, maximaal 11 tiny houses toegestaan. Als gemeente heb je uiteraard wel de ruimte hierin onderscheid te maken, mits je binnen de kaders van de provinciale omgevingsverordening handelt.

Het zou voor een aantal boeren een aantrekkelijk verdienmodel kunnen zijn om op het erf een beperkt aantal goedkope tiny houses te plaatsen, deze te voorzien van bijvoorbeeld 100m2 grond voor een moestuin en dan te verhuren in het goedkope segment. Dit draagt tevens bij aan de oplossing voor het woningtekort in het segment alleenstaanden met een kleine beurs. Wat zijn de wettelijke beperkingen die er aan deze oplossing kleven? Zijn deze beperkingen te ondervangen en ziet het college hiervoor mogelijkheden?
Zie het antwoord op vraag 6. Op dit moment wordt er gewerkt aan de uitvoering van de motie ‘lokale woondeal’ waarin de mogelijkheden voor woningbouw in het buitengebied nader worden onderzocht.

Energie-opwekking

In verschillende regio's van Nederland zijn er problemen met het aansluiten van nieuwe zonneparken op het net. Geldt dit ook voor de regio waarin Castricum gelegen is? Zo ja, wat is de wachttijd voor een project waarbij zonnepanelen op daken van stallen of stroken in weilanden worden geplaatst?
In de gemeente Castricum is volgens Liander vooralsnog capaciteit beschikbaar om zogeheten zonneparken aan te sluiten op haar elektriciteitsnet. Liander houdt op haar website bij welke in gebieden er capaciteit is en voorziet deze elke twee weken van een update. Op de kaart onderaan deze pagina, afkomstig van de website van Liander, is te zien dat de congestie zich vooralsnog beperkt tot Alkmaar, Heiloo, de Boekelermeer en het noorden van de gemeente Bergen. De gemeente Castricum is op ambtelijk en bestuurlijk niveau doorlopend in gesprek met Liander om bij te houden hoe de netcongestie zich in de regio ontwikkelt.

LTO heeft gevraagd om de mogelijkheid van kleine windmolens toe te staan. Als een ondernemer nu een vergunning zou aanvragen, wordt deze dan verleend?
Een windturbine is in strijd met het bestemmingsplan Buitengebied Castricum. Er kan gemotiveerd afgeweken worden van het bestemmingsplan. Daarbij moet wel voldaan worden aan de kaders van de provinciale omgevingsverordening, deze zijn:

a. De windturbine wordt gebouwd op een agrarisch bouwperceel of op een bouwperceel van ten minste 1 hectare waar een stedelijke functie is toegestaan.
b. De ashoogte bedraagt niet meer dan 15 meter vanaf het maaiveld.
c. De windturbine sluit in landschappelijk opzicht aan op de bijbehorende bebouwing.
d. de windturbine wordt zorgvuldig ruimtelijk ingepast.

Er zal per geval sprake zijn maatwerk. Het college van burgemeester en wethouders is het bevoegd gezag voor het verlenen van een dergelijke vergunning in afwijking van het bestemmingsplan.