Eerlijke energietransitie
Ze bespraken eerst de energietransitie: deze verloopt niet eerlijk. Mensen met de hoogste inkomens profiteren bijvoorbeeld het meeste van subsidies: dit zijn vergoedingen die je kunt aanvragen voor het nemen van energiebesparende maatregelen. Of bijvoorbeeld voor het aanschaffen van zonnepanelen of een warmtepomp, zodat je zelf duurzame energie kunt opwekken.
Er waren twee geluiden te horen: dit soort vergoedingen zorgen dat meer mensen hun huis verduurzamen. Ze versnellen de energietransitie. De andere opvatting: ze komen niet (genoeg) terecht bij de mensen die dit het hardste nodig hebben. Mensen met de laagste inkomens hebben daardoor te weinig mogelijkheden om op energie en kosten te besparen.
Pak de grote vervuilers aan
De gesprekspartners waren het er ook over eens dat de grote vervuilers aangepakt moeten worden. Dit verloopt te traag. Een goed voorbeeld is de aanpak van piekbelasters: dit zijn de grootste uitstoters van stikstof. De landelijke overheid zou deze bedrijven benaderen, maar dit gaat veel te langzaam. Bovendien zijn de maatregelen te weinig concreet.
Samenwerking tussen politiek en burger
Het gesprek ging ook over hoe landelijke politiek, lokale politiek en lokale organisaties elkaar kunnen versterken. “Er zit veel energie bij burgers,” zei Paulien Gankema. “Hoe kunnen we die maatschappelijke dynamiek organiseren? De overheid reageert hier niet altijd adequaat op en neemt te weinig de regie in de energietransitie.”
De gesprekspartners waren het er over eens dat de pioniersfase voor de energietransitie voorbij is. Zij vinden dat er nu voortvarend beleid ontwikkeld moet worden, gericht op de snelle uitvoering van maatregelen. Het helpt als de aanpak wijkgericht is, en als bewoners actief betrokken worden. De gemeente kan helpen met voldoende ambtelijke ondersteuning, en de landelijke politiek door meer duidelijkheid te bieden. Het gaat dus echt niet alleen om geld. Juist de samenwerking - daadkrachtig en effectief - tussen overheid, organisaties en burgers kan het verschil maken.